Doden en vergassen van wilde ganzen in provincie Utrecht verboden

De ontheffing die de provincie Utrecht had gegeven om duizenden grauwe ganzen, brandganzen, Canadese ganzen en boerenganzen te vergassen is door de rechter naar de prullenmand verwezen. Onmiddellijk nadat bekend werd dat de provincie de ontheffing had afgegeven heeft De Faunabescherming een telefonische schorsing gevraagd, die werd toegewezen tot aan de zitting. In het bestuurlijk kort geding wat daarna plaatsvond eiste de provincie Utrecht en De Faunabeheereenheid Utrecht het ongedaan maken van de schorsing.
Argumenten van De Faunabescherming waren onder andere dat vergassen geen legaal middel is in de Flora- en faunawet om in het wild levende dieren te doden, en bovendien in strijd is met de Europese Vogelrichtlijn uit 1979.In de uitspraak van de rechter is de Faunabescherming in het gelijk gesteld. De rechter overwoog
dat de Europese Vogelrichtlijn vereist dat de nationale wetgever – Nederland – de aangewezen autoriteit is om te beslissen welke middelen, installaties of methoden mogen worden aangewend. Nederland heeft wel zo’n lijst samengesteld in de Flora- en faunawet  en de daaruit voortvloeiende regelgeving, maar daarin is gas als dodingsmiddel niet genoemd. Provincies zijn dus niet vrij zelf dodingsmiddelen te kiezen. Zij kunnen een passende keuze maken uit de bij wet toegestane methoden of middelen. Faunabescherming is buitengewoon verheugd over deze uitspraak. De ganzen zijn nu in de rui en kunnen niet vliegen. Ook hebben zij nog jongen te verzorgen. Nu de rechter vangen en vergassen verboden heeft, hebben provincies tijd om hun onbezonnen beleid te heroverwegen. Vorig jaar gaf de provincie Noord-Holland toestemming om op Texel duizenden grauwe ganzen op deze wijze te “ruimen”, wat tot duizenden protestmails heeft geleid. Eerder dit jaar is in het Gelderse Rivierengebied het vangen en vergassen van ganzen vrijwillig afgeblazen na bezwaar van De Faunabescherming. De ontheffing die de provincie Utrecht had gegeven om duizenden grauwe ganzen, brandganzen, Canadese ganzen en boerenganzen te vergassen is door de rechter naar de prullenmand verwezen. Onmiddellijk nadat bekend werd dat de provincie de ontheffing had afgegeven heeft De Faunabescherming een telefonische schorsing gevraagd, die werd toegewezen tot aan de zitting. In het bestuurlijk kort geding wat daarna plaatsvond eiste de provincie Utrecht en De Faunabeheereenheid Utrecht het ongedaan maken van de schorsing.

Argumenten van De Faunabescherming waren onder andere dat vergassen geen legaal middel is in de Flora- en faunawet om in het wild levende dieren te doden, en bovendien in strijd is met de Europese Vogelrichtlijn uit 1979.

In de uitspraak van de rechter is de Faunabescherming in het gelijk gesteld.

De rechter overwoog:

Dat de Europese Vogelrichtlijn vereist dat de nationale wetgever – Nederland – de aangewezen autoriteit is om te beslissen welke middelen, installaties of methoden mogen worden aangewend. Nederland heeft wel zo’n lijst samengesteld in de Flora- en faunawet  en de daaruit voortvloeiende regelgeving, maar daarin is gas als dodingsmiddel niet genoemd. Provincies zijn dus niet vrij zelf dodingsmiddelen te kiezen. Zij kunnen een passende keuze maken uit de bij wet toegestane methoden of middelen.

De Faunabescherming is buitengewoon verheugd over deze uitspraak. De ganzen zijn nu in de rui en kunnen niet vliegen. Ook hebben zij nog jongen te verzorgen. Nu de rechter vangen en vergassen verboden heeft, hebben provincies tijd om hun onbezonnen beleid te heroverwegen.

Vorig jaar gaf de provincie Noord-Holland toestemming om op Texel duizenden grauwe ganzen op deze wijze te “ruimen”, wat tot duizenden protestmails heeft geleid. Eerder dit jaar is in het Gelderse Rivierengebied het vangen en vergassen van ganzen vrijwillig afgeblazen na bezwaar van De Faunabescherming.